Vorig jaar was voor het eerst meer dan de helft van de
Nederlandse werknemers op het moment van pensioen 65 jaar of ouder. Het
Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) meldt dat de gemiddelde
leeftijd waarop Nederlanders met pensioen gaan nu op 64,1 jaar ligt: 0,2
jaar hoger dan in 2013 en ongeveer een halfjaar hoger dan in 2012.
De toename is vooral het gevolg van wetswijzigingen en regels om
langer door te werken. Tot 2007 was de gemiddelde leeftijd waarop
werknemers met pensioen gingen in Nederland steeds 61 jaar. Daarna nam
de pensioenleeftijd jaarlijks toe. Er gaan de laatste jaren steeds
minder werknemers op jongere leeftijd met pensioen.
Sinds 2013 gaat de AOW-leeftijd in stappen omhoog. Per jaar komt er een
maand bij, zodat de pensioenleeftijd in 2021 uitkomt op 67 jaar. Hoewel de pensioenleeftijd dus oploopt, zorgt dit niet voor een daling
van het aantal gepensioneerden.De vergrijzing zorgt ervoor dat die
groep juist steeds groter wordt. In 2014 telde Nederland er ongeveer 3,1
miljoen.
Ambtenaren gaan het vroegst met pensioen, boeren werken het langst
Het CBS heeft ook naar de pensioenleeftijd per sector gekeken.
Daaruit blijkt dat ambtenaren het vroegst met pensioen gaan, gemiddeld
met 63,2 jaar. Dat komt vooral doordat militairen verplicht met pensioen
gaan als ze 59 zijn.
Landbouwers, vissers en werknemers in de
cultuursector gaan het laatst met pensioen. De gemiddelde leeftijd ligt
in deze sectoren boven de 66 jaar.
In 2060 werken tot je 72ste
Volgens het CBS stijgt de AOW-leeftijd vanaf 2022 verder door koppeling aan levensduur. Volgens het regeerakkoord wordt de ontwikkeling van de AOW-leeftijd
vanaf 2022 gekoppeld aan de toename van de levensduur. Uitgaand van de
vandaag gepubliceerde CBS prognose voor de levensduur, zal de
AOW-leeftijd hierdoor vanaf 2022 stapsgewijs verder verhoogd worden. In
2060 zal de AOW-leeftijd dan naar verwachting op 71,5 jaar uit komen.
Meer ouderen op de werkvloer
Door de stijgende AOW-leeftijd worden 65-plussers op de werkvloer
waarschijnlijk een gebruikelijker fenomeen. Eind 2014 zijn er 34 duizend
65-plussers die nog jonger zijn dan hun AOW-gerechtigde leeftijd. In
2040 zijn dat er naar verwachting 0,8 miljoen.
Het totaal aantal
personen in de werkzame leeftijden (tussen de 20 en de AOW-leeftijd) zal
in 2040 naar verwachting op 10,2 miljoen liggen, iets meer dan nu. Bij
een vaste AOW-leeftijd van 65 jaar zou dat aantal tussen nu en 2040 met
0,7 miljoen dalen. Dat de bevolking in de werkzame leeftijden door de
stijgende AOW-leeftijd niet daalt, hoeft nog niet te betekenen dat er
evenveel mensen beschikbaar blijven voor werk. Dat hangt ervan af of de
leeftijd waarop ouderen stoppen met werken mee zal stijgen met de
AOW-leeftijd.
Ondanks de stijgende AOW-leeftijd zal het aantal
inwoners in de AOW-leeftijden naar verwachting toch toenemen, van
3,0 miljoen nu naar 3,9 miljoen rond 2040. Na 2040 wordt een daling
voorzien.
Bron:CBS